Najaarsrapportage 2021

In de Najaarsrapportage 2021 bieden wij u een geactualiseerd begrotingsbeeld. Wij hebben daarin de meest recente beleidsontwikkelingen verwerkt (bestuurlijke besluitvorming en de effecten van landelijke ontwikkelingen). Wij informeren u over de budgettaire afwijkingen ten opzichte van de Programmabegroting 2021-2024 en/of de Voorjaarsrapportage 2021. Waar nodig leggen wij concrete voorstellen tot bijsturing aan u voor. Daarmee voorkomen wij dat bij de Jaarstukken 2021 baten en lasten worden verantwoord die niet door de raad zijn geautoriseerd. Tot slot melden wij u de laatste ontwikkelingen op het gebied van beleid en risico’s. Over de lopende investeringen wordt separaat gerapporteerd in het Meerjarenperspectief Investeringen Najaar 2021 (MPI).

In deze Najaarsrapportage 2021 worden ook de financiële gevolgen van de coronacrisis voor 2021 aan de raad voorgelegd. Er is een specifieke subcategorie van de autonome mutaties opgenomen: de mutaties coronamaatregelen. Het gaat daarbij om meer of minder uitgaven en meer of minder inkomsten, veroorzaakt door de coronacrisis. Uitgangspunt is daarbij dat deze niet kunnen worden gedekt doordat bijvoorbeeld aan andere taken minder wordt uitgegeven.

De Voorjaarsrapportage 2021 liet een nadelig eindtotaal voor 2021 zien van € 13,7 miljoen. Het resultaat van de Najaarsrapportage 2021 is € 6,4 miljoen voordelig. Na verwerking van de uitkomst van de najaarsrapportage ontstaat een begroot nadelig saldo voor 2021 van € 7,3 miljoen.

In Tabel 1 staat de samenvatting van de mutaties die in deze rapportage verwerkt zijn. In de volgende hoofdstukken worden deze onderdelen toegelicht.

Meerjarenbeeld 2021-2025

Het meerjarenbeeld 2022-2025 laat een positief beeld zien. Hierbij is rekening gehouden met de door ons voorgestelde eerste begrotingswijziging voor 2022 zoals opgenomen in het raadsvoorstel Effecten septembercirculaire gemeentefonds 2021 op de Programmabegroting 2022-2025 (2021.0002385). In deze eerste wijziging zijn de effecten van de septembercirculaire 2021 voor de jaren 2022-2025 verwerkt en het voorstel om de vastgestelde ombuigingen tot een bedrag van € 2,3 miljoen in 2022 te laten vervallen.

In het meerjarenbeeld zoals dat gepresenteerd wordt in de najaarsrapportage is geen rekening gehouden met de onzekerheden die benoemd zijn in het raadsvoorstel Effecten septembercirculaire gemeentefonds 2021 op de Programmabegroting 2022-2025 en de brief over de septembercirculaire 2021. Inclusief deze onzekerheden is het meerjarenbeeld als volgt:

Als de raad bij de behandeling en vaststelling van de Programmabegroting 2022-2025 anders besluit dan door ons voorgesteld, werkt dit door in de hierboven gepresenteerde cijfers.

Overzicht van baten en lasten

Hieronder wordt in Tabel 3 de ontwikkeling van de baten en lasten per programma voor het begrotingsjaar 2021 getoond. Uitgangspunt is de begroting na verwerking van de mutaties van de Voorjaarsrapportage 2021. Ook wordt inzichtelijk welk percentage aan afwijking nu wordt gerapporteerd.

^{* NJR: Najaarsrapportage 2021}

Toelichting

De kolom mutaties NJR2021 is opgebouwd uit de autonome - en neutrale mutaties (bijlagen 1 en 2). De autonome mutaties worden in het volgende hoofdstuk toegelicht. Hieronder wordt per programma kort toegelicht wat de belangrijkste mutaties zijn als de afwijking 20% of groter is.

Veiligheid

De hogere baten en lasten betreft de opsporing van niet gesprongen explosieven (NGE's). Per saldo zijn de lasten voor deze taak op dit programma € 1,6 miljoen hoger dan de baten. Maar dit wordt gedekt door een bijdrage uit het gemeentefonds die verantwoord is bij het Overzicht algemene dekkingsmiddelen.

Maatschappelijke ontwikkeling

De belangrijkste afwijking betreft een vrijval van de voorziening dubieuze debiteuren van € 1,9 miljoen. Bij de Jaarstukken 2020 moest deze voorziening, op aangeven van de accountant, gevormd worden vanwege openstaande huren van sportaccommodaties. Verder worden baten geraamd vanuit het Provinciaal noodfonds cultuur en de specifieke uitkering Nationaal plan onderwijs (NPO). Hier staan ook lasten tegenover.

Ruimtelijke ontwikkelingen

De mutatie in de baten en de lasten betreft grotendeels de verwerking van het tussentijds Meerjarenperspectief Grondzaken (tMPG) 2021. Verder wordt bij de baten een hogere bijdrage Ruimtelijke investeringen Haarlemmermeer (RIH) geraamd.

Economische zaken

Als gevolg van opgelegde dwangsommen, voor bijvoorbeeld het strijdig gebruik met een vigerend bestemmingsplan, worden de baten hoger geraamd. Hier tegenover staat onder de lasten een storting in de voorziening dubieuze debiteuren voor een deel van dit bedrag. Dit omdat de ontvangst zeer onzeker is.

Overzicht algemene dekkingsmiddelen

De lagere lasten betreft het deels inzetten/deels vervallen van de stelpost OZB/Woz-waarde en de inzet van de stelpost indexeringen.

Reservemutaties

De lagere onttrekking bij het programma Maatschappelijke ontwikkeling betreft voor het grootste deel een bijdrage uit de reserve Mainport en groen. Deze onttrekking is bestemd voor de uitvoering van de projecten Mainport en groen. Hiervan zijn de planningen geactualiseerd. Verder wordt een lager bedrag onttrokken aan de reserve Haarlemmermeerse Bos omdat werkzaamheden zijn doorgeschoven naar 2022.

In het programma Mobiliteit wordt de storting van een hogere geraamde winstneming in 2021 vanuit het tMPG ten behoeve van de dekking van de bijdrage in de omlegging van de A9 geraamd.

De hogere RIH bijdrage wordt in het programma Ruimtelijke ontwikkelingen gestort in de bestemmingsreserve RIH. Verder worden de stortingen en onttrekkingen in de algemene reserve Grondzaken geactualiseerd op basis van het tMPG 2021.

In de Algemene dekkingsreserve wordt een bedrag gestort in verband met de voorgestelde budgetoverhevelingen. Verder wordt de meeropbrengst OZB niet-woningen als gevolg van de hoger vastgestelde Woz-waarde van het luchthavengebied gestort in de Algemene dekkingsreserve, zodat dit in 2022 verrekend kan worden.