Het budget voor onderwijshuisvesting bestaat uit een aantal componenten, waarvan de kapitaallasten op bestaand bezit de grootste is. Dit zijn de rente- en afschrijvingslasten van de in het verleden gerealiseerde schoolgebouwen. Deze dalen jaarlijks door de daling van de boekingwaarde als gevolg van de afschrijvingen.

Verder voegen we jaarlijks nieuwe investeringen toe vanuit het Integraal huisvestingsplan onderwijs (IHP). Voor iedere investering die op basis van het IHP wordt toegevoegd aan het investeringsplan, worden de kapitaallasten gereserveerd. Pas nadat de raad de investeringen geautoriseerd heeft, voor investeringen van € 2 miljoen en hoger via een apart raadsvoorstel, worden de investeringen in uitvoering genomen. Een andere post zijn de uitvoeringskosten voor het IHP. Dit betreft bijvoorbeeld communicatie,- en advieskosten en personele inzet.

De post 'overige lasten onderwijshuisvesting' is een andere belangrijke post. Dit zijn onder meer huren die wij betalen voor gebouwen waarvoor wij in het verleden huurovereenkomsten zijn aangegaan. Een voorbeeld is het gebouw van het Hoofdvaart College, dat wij huren van het Nova College.

Andere posten die hiertoe behoren zijn de onroerendzaakbelastingen en andere lasten die wij volgens de onderwijswetgeving voor schoolbesturen betalen. Ons beleid is erop gericht deze post te laten dalen, omdat het huren van schoolgebouwen een kostbare aangelegenheid is.

Een vijfde post omvat de kosten voor tijdelijke huisvesting die wij maken omdat we een aantal schoolgebouwen voor tijdelijk gebruik inzetten. Ook voor deze post geldt dat we deze zo efficiënt mogelijk inzetten. Zo kopen we bijvoorbeeld als dat goedkoper is. Huren doen we in gevallen waar we geen langdurige inzet verwachten.

Stand Najaarsrapportage 2024

Na verwerking van de mutaties van de Najaarsrapportage 2024 zijn voor onderwijshuisvesting de budgetten zoals opgenomen in Tabel 14 geraamd.

Toelichting

Kapitaallasten nieuwe investeringen

De mutatie op de kapitaallasten nieuwe investeringen is het effect van het actualiseren van de investeringsplanning over de jaren 2024 tot en met 2028.

Overige lasten

Het onderhoud van een schoolgebouw is een taak van de schoolbesturen. Een aantal schoolgebouwen is in eigendom van de gemeente. De gemeente voert dan ook het onderhoud uit. Voor deze schoolgebouwen draagt het schoolbestuur de van het Rijk ontvangen vergoeding voor materiële instandhouding af aan de gemeente. In 2024 wordt er € 400.000 extra ontvangen en gestort in de voorziening groot onderhoud gebouwen. Uit deze voorziening worden de onderhoudskosten betaald. Daarnaast is er bij het jaarverslag 2023 € 102.000 incidenteel budget overgeheveld naar 2024 voor ventilatie bestaande schoolgebouwen (SUVIS).

Tijdelijke huisvesting

In 2024 zijn er twee ontwikkelingen op het gebied van tijdelijke huisvesting. Pedologisch Instituut-school de Ster gebruikt de leegstaande lokalen aan de Dussenstraat in Hoofddorp als tijdelijke huisvesting totdat de nieuwbouw gereed is. En in augustus is de tijdelijke huisvesting voor de Zwanebloem in Zwaanshoek opgeleverd en in gebruik genomen voor het schooljaar 2024-2025.

Tot slot

Voor het bewegingsonderwijs ten behoeve van leerlingen van het Rietlandcollege en het Avantiscollege te Hoofddorp regelen we vervoer totdat de sporthal in Lincolnpark te Hoofddorp wordt opgeleverd. Het hiervoor bestemde incidentele budget 2024 wordt overgeheveld naar 2025 en 2026.